De Boodschap
Buitenlandse Zaken, International Business & Internationale Samenwerking

President Santokhi voor vrij brede politieke consultatie naar Guyana

“Een vrij brede politieke consultatie en ook een betreffende de stand van zaken over de technische samenwerking en het stimuleren van verdere samenwerking.” Zo verwoordt minister Albert Ramdin het bezoek dat een regeringsdelegatie onder leiding van president Chandrikapersad Santokhi van dinsdag 17 tot en met vrijdag 20 augustus 2021 aan buurland Guyana brengt. Het Surinaamse staatshoofd zal dan in dialoog treden met zijn Guyanese ambtgenoot Irfaan Ali over de stand van zaken met betrekking tot het vorig jaar gesloten Strategisch Dialoog en Coöperatie Platform (SDCP).

Deze overeenkomst is bedoeld om de samenwerking naar het hoogste niveau – staatshoofden niveau – te tillen en verschillende werkgroepen aan het werk te zetten op de verschillende deelbeleidsgebieden, onder andere volksgezondheid, energie, olie en gas, landbouw, veeteelt en visserij. Het ligt in de bedoeling om na te gaan waar samenwerking op die gebieden mogelijk is en eveneens na te gaan welke problemen zich op dit stuk in de relatie voordoen. Binnen de overeenkomst is vastgelegd dat de presidenten elkaar tweemaal per jaar ontmoeten. Echter is dit vanwege de Covid-19-pandemie niet mogelijk. De ministers van Buitenlandse Zaken van beide landen hebben wel regelmatig contact gehad. Minister Ramdin: “De bedoeling is dat tijdens dit bezoek een update gepresenteerd zal worden van waar de werkgroepen zijn. Ook zal van de gelegenheid gebruik worden gemaakt om te praten over een aantal strategische initiatieven tussen de beide landen en ook om te praten over ontwikkelingen op het westelijk halfrond, met name ontwikkelingen die impact hebben op Guyana en Suriname.”

Met het staatshoofd en zijn echtgenote reizen behalve minister Ramdin ook mee de ministers van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), Transport, Communicatie en Toerisme (TCT), Natuurlijke Hulpbronnen (NH) en Openbare Werken. De aanwezigheid van de bewindslieden heeft te maken met het feit dat er een aantal specifieke landbouwzaken op de agenda staan, waaronder visserij in de Corantijnrivier. Op het stuk van natuurlijke hulpbronnen betreft het de onderwerpen olie en gas. OW en TCT zijn er vanwege de bouw van de brug over de Corantijnrivier. “Heel functioneel en op basis van de agenda samengesteld,” zegt minister Ramdin over de delegatie.

Naast de ministers reizen ook 22 vertegenwoordigers van het bedrijfsleven mee naar het westerbuurland. Minister Ramdin spreekt van een historisch moment. Het is namelijk voor het eerst dat zo een grote delegatie van het bedrijfsleven zal participeren in een bilaterale ontmoeting tussen twee landen. Vanuit het bedrijfsleven zullen participeren vertegenwoordigers van bedrijven die een vestiging in Guyana hebben, maar ook bedrijven die van plan zijn een vestiging te openen dan wel zaken te doen in Guyana. “Op dit moment is de belangstelling heel groot, maar we hebben het moeten beperken tot 21 vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, waarvan 5 reeds in Guyana aanwezig zijn. 17 zullen met de delegatie afreizen.”

Over het belang van het bezoek zegt de bewindsman dat Suriname en Guyana buurlanden zijn en veel personen- en goederenverkeer over de grensrivier kennen. Vaak zijn er obstakels in de verkeersstroom. “Dat soort zaken moeten besproken worden.” Een belangrijk gegeven is dat beide landen olie en gas voor hun kust hebben. “Het is belangrijk dat wanneer we dit soort natuurlijke hulpbronnen hebben – waarmee grote investeringen gepaard gaan –  we dan samenwerken en elkaar op de hoogte houden.” Minister Ramdin acht het ook van groot belang om als buurlanden te kijken naar vriendschappelijke relaties en in dat opzicht samen te werken op het internationale vlak. Zowel de politieke ontwikkelingen op het westelijk halfrond als het gezamenlijk optreden zijn belangrijk, omdat beide landen belangen hebben in hetzelfde gebied. Minister Ramdin: “Wanneer je in hetzelfde gebied woont, spelen er ook veiligheidsvraagstukken.” Hij wijst erop dat vanwege de uitgebreidheid van het grondgebied van Suriname en Guyana er illegale drugtransporten plaatsvinden. In de afgelopen maanden zijn er met succes een paar interventies gepleegd, hetgeen een nauwe samenwerking vergt en genoeg reden is dat de presidenten  bij elkaar  komen. “Om de stand van zaken op te maken, nieuwe initiatieven te ondernemen en de samenwerking naar grotere hoogtes te brengen.”

Minister Ramdin benadrukt dat Surinames buitenlandse politiek deel van haar ontwikkelingspolitiek is. Indien de relaties niet warm worden gehouden en men niet frequent bij elkaar komt, gaan er dan kansen van samenwerking verloren alsook kansen om economisch voordeel te halen. Het feit dat Surinaamse bedrijven in Guyana vestigingen kunnen openen is zo een kans. President Santokhi zal in Guyana aanwezig zijn bij opening de van een filiaal van Optiek Ninon. “Wij kunnen niet geïsoleerd zijn, we gaan dan geen ontwikkeling krijgen”, aldus minister Ramdin, die eraan toevoegt dat het bezoek niet gezien moet worden als een kostenpost. “Je verdient eruit en daarom is het een investering. Zowel politiek, financieel en economisch brengt het voordelen met zich mee.” Hij benadrukt dat geen enkel land op zichzelf staat in de wereld noch alleen ontwikkeling kan brengen. “Daarvoor is de wereld te veel op elkaar afgestemd en van elkaar afhankelijk. Derhalve zijn deze bijeenkomsten noodzakelijk, ook wanneer wij in crisis zijn, is een van de goede investeringen om te zoeken naar nieuwe mogelijkheden”. Volgens de bewindsman bieden dit soort bezoeken die mogelijkheden en kunnen die alleen maar ten nutte zijn voor de ontwikkeling van Suriname.