De ID-kaartenwet 2018 wordt gewijzigd. De Nationale Assemblee (DNA) heeft haar goedkeuring hiertoe gegeven door de ontwerpwet tot wijziging met algemene 45 stemmen aan te nemen. Minister Bronto Somohardjo van Binnenlandse Zaken (BIZA) heeft in zijn beantwoording op vragen van het parlement enkele belangrijke aspecten van de wetswijziging benadrukt. Zo gaf hij aan dat na de wetswijziging er betaald zal moeten worden voor het laten vervangen van een oude ID-kaart door een e-ID. “Een deel van de burgers dat na 14 mei 2022 een e-ID-kaart heeft aangevraagd, zal daarvoor moeten betalen. Het gelijkheidsbeginsel brengt met zich mee dat na de wetswijziging alle burgers ook zullen moeten betalen.”
De wetswijziging geldt alleen voor de oude ID-kaarten die op basis van de oude ID-wet nog geldig zijn. Een oude ID-kaart, die niet meer geldig is op basis van de oude ID-wet, moet worden vervangen. Aangezien het e-rijbewijs gepaard gaat met de e-ID-kaart legde de bewindsman ook uit hoe dit probleem bij e-rijbewijzen aangepakt zal worden. “Het e-rijbewijssysteem is gekoppeld aan het e-ID-kaartensysteem waaruit data wordt onttrokken. Waar de burgers geen e-ID-kaart kan overleggen, maar reeds een aanvraag hiervoor heeft ingediend zal bij de aanvraag van een e-rijbewijs op beleidsniveau besproken moeten worden om de aanvraagstrook van de e-ID-kaart te gebruiken.”
De bewindsman deelde het parlement ook mede dat met de wetswijziging het de bedoeling is dat alle ID-plichtigen vóór 2025 voorzien zijn van een e-ID-kaart. Hij zegt dat de overheid niet verweten kan worden dat zij niet inventief te werk gaat. “Als erop gelet wordt dat thans over geheel Suriname 19 locaties zijn waar ID-plichtigen terecht kunnen om de e-ID kaart aan te vragen, kunnen we niet verweten worden dat we niet inventief zijn, aangezien de burger in het verleden maar op een locatie terecht kon.” Om de burgers in de gelegenheid te stellen hun e-ID kaart aan te vragen dan wel op te halen heeft het CBB meerdere malen de mobiele units ingezet in Paramaribo en het binnenland, langere openingstijden gehanteerd en voorlichting gegeven.” Momenteel zijn er in het binnenland zes locaties waar een ID-kaart aangevraagd kan worden, daarnaast worden er missies uitgevoerd naar verschillende gebieden om de burgers tegemoet te komen. Het streven is, aldus de bewindsman, erop gericht de locaties in het binnenland uit te breiden.
Het niet ophalen dan wel aanvragen van e-ID is ook voor het ministerie van Binnenlandse Zaken een zorgpunt. De voorstellen vanuit het college voor verbetering zullen dan ook meegenomen worden. “Het is niet alleen een aangelegenheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken, maar ook de plicht van de burger voor het aanvragen en ophalen van de e-ID-kaart.” De bewindsman zegt verder dat de overheid de jongeren voor het laten aanvragen van een e-ID-kaart wil tegemoetkomen middels een samenwerking tussen het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) en BIZA.
Op de vraag waarom de termijn voor de oude ID-kaart met twee jaar is verlengd, gaf de BIZA-minister aan dat zijn ministerie heeft uitgekeken naar andere oplossingsmodellen die het meest effectief en efficiënt zijn en dat het wijzigen van de wet het beste bleek. Het is volgens hem ook niet aan te bevelen de termijn in te korten, “want er is rekening gehouden met de behandeling en goedkeuring van de wijzigingswet en de periode waarin de blanco ID-kaarten aangeleverd worden om de productie wederom te starten.” Minister Somohardjo voegde eraan toe dat het Servische bedrijf Vlatacom als leverancier van de e-ID-kaarten zich inzet om de staat zo snel als mogelijk te voorzien van blanco ID-kaarten. De BIZA-minister had in een eerdere vergadering gemeld dat de staat een openstaande schuld bij het bedrijf heeft. Hij voegde dinsdag eraan toe dat er geen boeteclausule is.