De Boodschap
Kabinet van de President

Politieke dialoog tussen Suriname en de EU moet samenwerking bevorderen

Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) heeft op 18 januari 2024 met vertegenwoordigers van de Europese Unie (EU) waaronder EU-ambassadeur Rene Van Nes een onderhoud gehad. Dit overleg betrof de zogeheten Artikel 3 Politieke Dialoog, voorheen het Artikel 8, waarbij de relatie tussen Suriname en de EU besproken wordt op verschillende gebieden. Tijdens de Artikel 3 Politieke Dialoog is gesproken over de samenwerking EU-Suriname op allerlei terreinen alsook politieke issues en ontwikkelingen in zowel in Suriname als in de EU. De naamsverandering van Artikel 8 naar Artikel 3 is in het kader van de Samoa overeenkomst die de opvolger is van de Cotonou overeenkomst.

“Suriname heeft tijdens de dialoog haar positie aangegeven en de bedoeling is eigenlijk dat met deze informatie evaluatie plaatsvindt en op basis daarvan verder wordt gekeken op welke gebieden er meer moet worden samengewerkt”, aldus minister Ramdin. De bewindsman geeft aan dat er ook over visum afschaffing is gesproken met de EU. Hij legt uit dat de EU op dit moment nog terughoudend is met het geven van visum vrijstelling over het algemeen. “Wij gaan toch doorpraten met de EU want Suriname is een voorbeeld als het gaat om onze ontwikkeling, democratie, rechtstaat”.

Verder zijn er volgens de BIBIS-minister veel projecten gaande tussen Suriname en de EU waaronder een project van 13 miljoen euro die volledig wordt besteed aan goed bosbeheer. Vanuit het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) en de Stichting voor Bosbeheer en Bostoezicht (SBB) zijn er verschillende projecten. “Het is mogelijk dat we bij de tussentijdse evaluatie meer geld krijgen omdat al deze middelen die zijn toegezegd reeds gealloceerd zijn”, stelt hij. Er zijn een aantal andere projecten die met de delegatie zullen worden besproken. Minister Ramdin is van mening dat de relatie met de EU een goeie is en dat er daar meer uit te halen is.

In de samenwerking met de EU zijn er ook projecten geweest op agrarisch gebied. Hierbij is er middels het SAMAP-project ondersteuning gegeven aan boeren. Er is een verzoek gedaan om van start te gaan met een ‘SAMAP-II’. Deze aanvraag zal in behandeling genomen worden. Voor het hele Caraïbisch gebied en voor de hele wereld is voedselgarantie zeer belangrijk. Om hieraan invulling te geven kan Suriname een voedselschuur worden. “Dat vereist wel dat onze landbouwers meer gaan produceren met minder gebruik van land en pesticiden. We moeten beleid ontwikkelen om landbouwers te trainen om op een deskundige manier van landbouw uit te oefenen”, stelt de bewindsman.

Het is uiteindelijk de bedoeling dat Suriname als samenleving ondersteuning vindt bij de EU, zowel op politiek, als sociaal-maatschappelijk gebied. “Het is geen ontwikkelingshulp zoals dat voorheen werd gedaan. Het is op basis van goede projectbeschrijvingen, en voorbereidingen, dat de middelen zullen worden besteed. Het kan alleen maar leiden tot een verbeterde samenwerking en ontwikkeling voor ons land”, aldus minister Ramdin.