De Boodschap
Kabinet van de President

Regering tekent ‘Letter of Intent’ voor uitvoering IMF-programma

In een ontmoeting met president Chandrikapersad Santokhi, minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning, Governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) Maurice Roemer en onderhandelaar van Suriname bij IMF Karel Eckhorst, werd de Letter of Intent van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) getekend. Eckhorst, die namens minister Achaibersing de onderhandelingen met het IMF voert, gaf aan dat dit onderdeel is van het proces bij de evaluatie van de uitvoering van het programma. Dit vond plaats op 8 maart 2022 op het Kabinet van de President.

In december 2021 was er al een Letter of Intent (LOI) getekend vooruitlopend op de goedkeuring van het programma van de executive board van het IMF. “Dit keer werd de LOI getekend m.b.t. de uitvoering van het programma dat elk kwartaal wordt geëvalueerd”, stelt Eckhorst. De evaluatie van het IMF wijst uit dat de uitvoeringen van Suriname conform de afspraken zijn verlopen. Deze evaluatie is op staf-niveau afgerond. Hierna volgt de goedkeuring op bestuursniveau op 23 maart 2022.

De evaluaties per kwartaal zijn nodig om ervoor te zorgen dat het programma zo nauwkeurig mogelijk wordt gevolgd zoals afgesproken. Eventuele afwijkingen worden sneller ontdekt en aangepakt. Hierna kan de volgende tranche gestort worden. De financiering van het IMF is op de eerste plaats ter ondersteuning om de macro-fiscale situatie van de CBvS en de staatsfinanciën weer op rails te krijgen.

Een groot deel van de programma-gelden vloeit naar de internationale reserves die de waarde van de Surinaamse munt moeten waarborgen. Het is de bedoeling de wisselkoers hierdoor stabiel te houden waardoor ook de koopkracht van de samenleving stabiel wordt en langzamerhand toeneemt.

Tijdens de vorige regering is getracht te onderhandelen met het IMF. De toenmalige regering had zich toen teruggetrokken omdat de tijdscondities vanuit het IMF niet uitvoerbaar waren. Het ging specifiek om het feit dat de toenmalige regering niet tijdig wenste te voldoen aan de voorwaarde van het IMF om de elektriciteitstarieven te verhogen.

Echter kan de huidige overheid met de financiële ruimte, gecreëerd door de huidige IMF-financiering, met goed beleid productie stimuleren, werken aan armoedebestrijding en sociale ondersteuning. De belangrijke speerpunten van dit programma liggen bij de sociale sectoren onderwijs, gezondheidszorg en infrastructuur. Economische activiteiten kunnen dan op gang komen met een gezond en goed opgeleid volk, ondersteund door goede infrastructurele voorziening. Eckhorst: “Het IMF-programma is ondersteunend maar de overheid draait uiteindelijk het land”.