De Boodschap
Kabinet van de President

Relatie Suriname-Guyana moet strategisch zijn om voordelen te hebben

Indien het nabuurschap tussen Suriname en Guyana voordelen moet opleveren voor beide landen, dan moet niet de relatie alleen naar een hoger niveau gaan. Ook de focus en de richting waarin men wil gaan moet in de samenwerking tot uiting komen. De relatie moet volgens minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking strategisch zijn, zeker in termen van 20-30 jaar vooruit. Verder moet het ook gericht zijn op concrete resultaten en dus enorm bedrijfsleven georiënteerd zijn. “Pas dan zou men de mogelijkheden zien van een vruchtbare samenwerking,” meent de bewindsman.

Hij is op zaterdag 8 augustus en zondag 9 augustus samen met president Chandrikapersad Santokhi en first lady Mellisa Santokhi-Seenacherry in Georgetown, Guyana geweest, waar zij zaterdag de inauguratie van Mohamed Irfaan Ali tot president van Guyana hebben bijgewoond.

Na de inauguratie werden er meteen bilaterale gesprekken gevoerd tussen de twee staatshoofden, die de afspraken hebben vastgelegd in een joint statement. In de eerste discussie werd er een diepgaande analyse gemaakt over de relatie tussen de beide landen. Daarnaast bogen de presidenten zich ook over de uitdagingen en de mogelijkheden voor samenwerking die bestaan tussen de beide landen. Deze mogelijkheden zouden verbreed en verdiept moeten worden. Ten derde werd er gesproken over de internationale problematiek, maar voornamelijk die in de Caribische regio.

Minister Ramdin: “Een ding bleek heel duidelijk en heel snel, en dat is dat er behoefte was om de discussie naar een hoger niveau te tillen, naar het presidentieel niveau.” Hij zegt dat er tot nu toe in de relatie met Guyana mechanismen van samenwerking bestaan in de vorm van de Guyana-Suriname Coörperation Council. Dit is echter een samenwerking op ministerieel, maar voornamelijk technisch niveau. “Dus het tillen van deze relatie naar een hoger niveau bleek heel duidelijk in de analyse. Daarnaast was men duidelijk ervan overtuigd dat indien het nabuurschap voordelen moet opleveren voor beide landen, het niveau niet alleen hoger moet gaan, maar ook de richting waarin die samenwerking tot uiting moet komen,” aldus de bewindsman.