Na ruim een jaar zware onderhandelingen en het werken aan het behalen van nieuwe targets heeft Suriname de review van de bestuursraad van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) gehaald. De raad heeft de derde evaluatie voltooid in het kader van de Extended Fund Facility (EFF) voor Suriname. De nodige leiderschap en bestuur op basis van een serieus programma, hervorming, stabiliteit en ontwikkelingen hebben hieraan bijgedragen. Hierdoor wordt een sterk fundament gelegd voor koopkracht en herstel financiën.
Direct na de goedkeuring sprak Afonso Bevilaqua, de uitvoerend directeur van het IMF, zijn waardering uit aan Suriname tijdens een telefonisch gesprek met minister Raghoebarsing. Hij prees de moed en vastberadenheid van zowel de regering als het volk van Suriname om de genomen maatregelen te ondersteunen. “Deze inspanningen hebben geleid tot aanzienlijke vooruitgang”, aldus de IMF-functionaris. Bevilaqua benadrukte het belang van het voortzetten van deze inspanningen om het solide fundament dat nu is gelegd verder te versterken.
Volgens president Chandrikapersad Santokhi was de hervorming nodig. “We hebben laten zien dat wij met strakke discipline en goed bestuur, resultaten hebben kunnen presenteren aan IMF. Waar andere landen moed en leiderschap niet durven te tonen, doen wij dat als land”, aldus het staatshoofd. Volgens de IMF-evaluatie gaat het de goede kant op en is de inzet van de Surinaamse autoriteiten merkbaar voor het bereiken van macro-economische stabiliteit en begrotingsdiscipline in het kader van het programma.
Het rapport geeft aan dat de Surinaamse economie stabiliseert en dat de druk op de wisselkoersen thans is afgenomen. De inflatie, hoewel nog steeds hoog, vertoont een neerwaartse trend. De bestuursraad van het IMF voltooide de derde evaluatie onder de Extended Fund Facility (EFF) voor Suriname. Hierdoor is een onmiddellijke uitbetaling mogelijk van SDR 39,4 miljoen (ongeveer US$ 53 miljoen), waarvan SDR 25,6 miljoen bestemd zou zijn voor begrotingssteun (SDR= Special Drawing Right). Het op korte termijn handhaven van begrotingen en het beschermen van de kwetsbaren in de samenleving heeft prioriteit. Daarnaast dient gewerkt te worden aan groeibevorderende investeringen.