Het blijkt tegenwoordig een trend te worden, dat extreme schrikbeelden via socialmedia worden gedeeld met de gehele samenleving, waarbij bijvoorbeeld schokkende beelden van personen betrokken bij een ongeval in de omloop zijn. Hierbij wordt niet alleen de privacy en lichamelijke integriteit van de betrokken persoon of personen ernstig geschaad, maar kan het ook voor ernstige psychische- en sociaal maatschappelijke schade zorgen voor het slachtoffer en/of nabestaanden.
Het gaat onder meer om de volgende beelden die van schokkend aard zijn z.a.
- gewelddadige handelingen tegen individuen of een bepaalde groep mensen;
- beeldmateriaal, audio of afbeeldingen van ernstige lichamelijke effecten na verkeersongevallen, natuurrampen, oorlog, terroristische aanslag, straatgevechten, fysieke aanvallen, seksuele aanvallen, verbranding, marteling, lijken, overvallen met de bedoeling om kijkers te choqueren of afkeer op te wekken,
- gedramatiseerde of fictieve beelden van alle hierboven vermelde zaken, waarbij de kijker/ontvanger niet voldoende context heeft om vast te stellen dat de beelden gedramatiseerd of fictief zijn;
- beelden van lijken met zware verwondingen, zoals afgekalkte ledematen.
De wetgever vond het van belang om voornoemde handelingen strafbaar te stellen. In de wet van 18 februari 2020, houdende nadere wijziging van het wetboek van Strafrecht S.B. 2020, no. 42 werd na artikel 307 van het Wetboek van Strafrecht het artikel 307a toegevoegd. Dit artikel stelt strafbaar het verspreiden en of openbaar maken van schokkende afbeeldingen en staat er bij overtreding hiervan een gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden en of geldboete van de tweede categorie (srd. 10.000,-) op.
In voormeld artikel wordt degene, die door middel van o.a. een camera of een telefoon zonder toestemming van de betrokkenen of zijn nabestaanden schokkende afbeeldingen van de effecten en gevolgen van ongelukken, geweld of ongevallen, waarbij een persoon is betrokken, vervaardigt, verspreidt of openbaar maakt strafbaar gesteld. Ook zij die er een gewoonte van maken zijn ook strafbaar. Van belang hierbij is dat er een persoon betrokken moet zijn. Deze strafbaarstelling beoogt de privacy en de integriteit van de betrokken persoon bij dat ongeluk te beschermen.
Het Openbaar Ministerie roept eenieder op om uit respect voor de slachtoffers en/of de nabestaanden te stoppen met het verspreiden van schokkend beeldmateriaal. Indien men zich toch hieraan schuldig maken zal het Openbaar Ministerie genoodzaakt zijn hiertegen op te treden.