De Boodschap
Binnenlandse Zaken

Expositie “Esthersrust – Katoen aan de Kust” bij NAS

Bij het Nationaal Archief Suriname (NAS) draait volgende week de expositie “Esthersrust – Katoen aan de Kust”. De voormalige katoenplantage Esthersrust is een unieke archeologische vindplaats. Waar op de vroegere plantages, afgebroken structuren en onklaargemaakte machines vinden zijn, is Esthersrust een raam naar het verleden. In 2014 werd de vindplaats voor het eerst bezocht door de Anton de Kom Universiteit en Archeologische Dienst met de eerste cohort minor archeologie studenten van de opleiding Geschiedenis.

Sindsdien vindt men niet alleen de restanten van structuren in baksteen en hout, maar ook een wijd skala aan objecten van vergankelijk materiaal zoals hout en metaal. Dit komt door de afzetting van grondlagen na de dambreuk waardoor Esthersrust werd verzwolgen door de zee en verlaten door zijn bewoners. De archeologische vindplaats Esthersrust wordt bedreigd door erosie. Enerzijds zorgt erosie ervoor dat de vindplaats “vrij” komt te liggen van modder. Anderzijds spoelt de zee deze funderingen en vondsten uit hun context waarna ze verdwijnen in zee. Soms worden objecten meegenomen door derden, verloren voor de geschiedenis van Suriname.

In 2020 werd dan ook besloten vanuit de Archeologische Dienst in samenspraak met Museum Bakkie dat de vindplaats onderzocht moest worden. Dit resulteerde in de masterscriptie door Santosh Singh, aan de Universiteit Leiden, met ondersteuning door Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Nederland. De plek wordt nu regelmatig bezocht, waarbij veranderingen gemonitord worden en manieren gezocht om het te onderzoeken alsook te beschermen. Dit is echter niet makkelijk, en daarom zal hier in dit proces gezamenlijk met alle stakeholders naar worden gekeken.

Esthersrust wordt onderzocht in samenwerking tussen Surinaamse en Nederlandse partners, te weten: Museum Bakkie, Stichting Warappa, de Archeologische Dienst van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, True North, Anton de Kom Universiteit, Universiteit Leiden, en ondersteuning vanuit de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (Nederland). Het bijzondere is dat studenten van de Anton de Kom Universiteit en studenten van de Universiteit Leiden de kans krijgen om samen onderzoek te doen naar het verleden van deze katoenplantage. Op deze manier wordt niet alleen de eigen Surinaamse geschiedenis onderzocht, maar ook de gedeelde geschiedenis die een unieke kijk op het katoenverleden in Suriname geeft.

Voor nu zal de tentoonstelling voor het bredere publiek te zien zijn in het Nationaal Archief van 22 t/m 24 januari. Later dit jaar wordt het tentoongesteld bij Museum Bakkie in Commewijne. De opening is op 20 januari, alleen voor genodigden.