De Boodschap
Kabinet van de President

Joyce Pané-Alfaisi eerste vrouwelijke korpshoofd KPA

Ten overstaan van president Chandrikapersad Santokhi en minister van Justitie en Politie heeft Joyce Pané-Alfaisi zich bereid getoond verantwoordelijkheid te willen nemen en deed in het openbaar de belofte van dienstbaarheid. Ze is op 26 maart 2024 geïnstalleerd als korpshoofd van het Korps Penitentiaire Ambtenaren (KPA).

Joyce Pané-Alfaisi is sinds 28 april 2022 belast geweest met de waarneming van de functie van korpshoofd van het Korps Penitentiaire Ambtenaren (KPA) en is de waarnemende functie thans definitief omgezet. “Wij zijn ervan overtuigd dat vrouwen het verschil kunnen maken”, zegt president Santokhi. Pané-Alfaisi is de eerste vrouw die bevorderd is van de rang van penitentiair directeur naar de rang van penitentiair directeur-generaal, en wordt tevens belast met de functie van korpshoofd van het KPA. Ze is geïnstalleerd conform de Wet Penitentiaire Inrichtingen en Huizen van Bewaring.

De hoogste KPA-functionaris streeft naar effectieve differentiatie van detentiecentra en de verbetering van de resocialisatie van gedetineerden. Ze benadrukt dat het wenselijk is om inrichtingen voor mannen, vrouwen en jeugd niet op hetzelfde terrein te plaatsen. Bovendien benadrukt ze de noodzaak om gedetineerden met psychische aandoeningen in aparte afdelingen onder te brengen. Het beleid is gericht op het succesvol reïntegreren van gedetineerden in de samenleving, waarbij ze wijst op de mogelijkheden van landbouw, veeteelt en pluimvee, die een vrij domein vereisen.

De nieuwbakken korpshoofd zal zich sterk maken om de educatie voor de gedetineerden binnen de inrichtingen op te pakken, zoals de oprichting van een school, een kleermakerij, een wasserij en stomerij, en de renovatie van de technische afdelingen binnen alle inrichtingen. “Ik vraag de medewerking van meerdere overheidsdiensten, het bedrijfsleven en in het bijzonder de familieleden.” President Santokhi is van mening dat alle diensten op elkaar afgestemd moeten zijn om een goed veiligheidsbeleid te ontwikkelen. “Want de samenleving heeft structurele veiligheid nodig”, aldus het staatshoofd.