De Boodschap
Kabinet van de President

Btw zal geen kostprijsverhogend, maar wel inflatoir effect hebben

De belasting toegevoegde waarde zal volgens minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning geen kostprijsverhogende effecten hebben, maar wel een inflatoir effect. Het kostprijsverhogende effect zal er niet zijn omdat de ondernemers, die als inhoudings- en afdrachtplichtigen, belast zullen worden met de uitvoering met de btw een verrekeningsmogelijkheid hebben. De bewindsman merkte op donderdag 11 augustus 2022 in het parlement op dat het de consument is die de btw betaalt, terwijl de bedrijven die btw in rekening brengen, vervolgens afdragen aan de Belastingdienst. “Dus afhankelijk van het tarief dat vastgesteld wordt zal het inflatoir effect ook bepaald worden”, aldus minister Achaibersing.

Het parlement heeft momenteel de ontwerpwet houdende vervanging van de bestaande omzetbelasting door een omzetbelasting volgens een stelsel van heffing over de toegevoegde waarde (Wet Belasting over de Toegevoegde Waarde 2022) onder de hamer. De bewindsman herinnerde eraan dat de Centrale Bank van Suriname (CBvS) heeft uitgerekend dat bij een btw-tarief van 15% het inflatoir effect ongeveer 6% zal zijn. “Maar vanwege de verrekeningsmogelijkheid van de betaalde btw door ondernemers zal het voor de ondernemers geen kostprijsverhogend effect hebben.” De bewindsman benadrukt dat er nu voor even met 15% is gewerkt. Er zal nog aan een aantal scenario’s verder gewerkt worden. In die scenario’s moet ook tot uiting komen wat het effect op de begroting zal zijn bij de verschillende percentages. Minister Achaibersing beloofde in een later stadium een definitief voorstel te zullen doen wat het percentage wel zou moeten zijn.

Over uitvoeringscapaciteit zegt de bewindsman dat de personen die nu belast zijn met de uitvoering van de omzetbelasting die transformatie gaan maken naar de btw. Daarnaast zal er ook additionele capaciteit ingezet worden. Voor een succesvolle implementatie van de btw worden momenteel 25 mensen aangetrokken om tijdelijk met extra expertise te ondersteunen. Minister Achaibersing noemde in een zin ook de voorlichting naar de samenleving. Hij gaf aan dat er infofilmpjes zijn. Er zal vooral worden ingezet op de begeleiding van de ondernemers die belast zullen worden met de uitvoering van de btw als inhoudings- en afdrachtplichtigen. In het implementatieplan is opgenomen dat er een behoorlijke communicatie naar de samenleving toe moet zijn. De samenleving moet ook goed begrijpen wat btw inhoudt en welk effect het op haar en de ondernemingen c.q. bedrijven zal hebben.

Op vragen van het parlement hoe fraude zal worden voorkomen, zegt de minister dat de wet voldoende handhavingsmogelijkheden biedt, maar dat fraude afhankelijk is van het ondernemingsgedrag. “Je kan het net zo mooi proberen af te dichten, maar als je een slechte inborst hebt, dan probeer je de mazen te vinden en soms worden die ook gevonden.” Behalve het gegeven dat de wet voldoende mogelijkheden biedt, zullen controles achteraf door de Belastingdienst ervoor moeten zorgen dat fraude ook gedetecteerd en aangepakt wordt.