De Boodschap
Kabinet van de President

Ministers Ori en Dasai houden maidenspeech in DNA

De ministers Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur en Marciano Dasai van Ruimtelijke Ordening en Milieu hebben hun maidenspeech gehouden in De Nationale Assemblee (DNA). De functionarissen die op dinsdag 2 mei zijn toegevoegd aan het regeerteam, hebben op donderdag 4 mei het college aangegeven waar hun prioriteiten zullen liggen.

Minister Ori hoopt op een goede samenwerking met het parlement. “Ik sta open voor de debatten en open en oprechte discussies. Laten we elkaar inspireren”, sprak de bewindsman. Hij merkt op dat er in de samenleving behoorlijk wat negativiteit bestaat als het om het onderwijs gaat. Er zal daarom samen moeten worden gekeken naar oplossingsmodaliteiten. Minister Ori is ervan overtuigd dat het college hart heeft voor het onderwijs en dat zowel oppositie als coalitie de zorgen omtrent deze sector met elkaar delen. “Ik weet dat door samen een vuist te maken wij voor de gebieden van onderwijs, wetenschap en cultuur iets kunnen gaan betekenen.”

De onderwijsminister gelooft in een periode van constructief discussiëren over oplossingsmodaliteiten. Hij zegt in de afgelopen uren als minister reeds gesprekken te hebben gehad met personen binnen en buiten het ministerie. “De zorgen zijn groot. Er spelen veel zaken”, aldus de bewindsman. Hij zegt vooral het basisonderwijs op het oog te hebben. In de komende dagen zal hij zich alvast buigen over een aantal aspecten van het onderwijsbeleid.

Volgens ROM-minister Dasai heeft zijn voorganger Silvano Tjong-Ahin reeds een goede basis gelegd op het ministerie. De bewindsman merkt op dat klimaatverandering momenteel een hot issue is in de wereld. Suriname kan volgens hem hier niet onderuit. De Wet Ruimtelijke Ordening en de wijziging van de Milieu Raamwet zullen daarom prioriteit genieten. Het laatste zal volgens minister Dasai de basis vormen voor de Nationale Milieu Autoriteit. Hij legt verder uit dat ruimtelijke ordening de ruimtelijke condities moet scheppen om beter te wonen en werken. Daarnaast is het van belang voor het bepalen van industrie- en huisvestingsgebieden. Bij dit alles dient rekening te worden gehouden met klimaatverandering.