De Boodschap
Sociale Zaken & Volkshuisvesting

Regering praat over sociaal vangnet en de toekomst van sociale zorg

De regering heeft zich op woensdag 21 juli 2021 gebogen over het sociaal vangnet. De armoede is groot, sociale opvangmaatregelen zijn hard nodig. Uit het overleg kwam verder naar voren dat er veel extra geld is vrijgemaakt voor het sociaal vangnet. Voor dit jaar gaat het om SRD 3,5 miljard. Het vangnet kwam vorig jaar al in werking en uitkeringen werden in juni jongstleden, na evaluatie nog eens verhoogd. Hier is een overzicht van een aantal van de reeds uitgevoerde maatregelen.

Op korte termijn komen nog 4 maatregelen in werking, namelijk de verstrekking van goedkope babyvoeding voor 5.000 baby’s, gratis schoolvervoer voor 40.000 scholieren en studenten, een schooltassenproject voor 20.000 scholieren, en subsidie op de elektriciteitsrekening na de komende aanpassing van de stroomrekening.

De regering beseft dat met al deze maatregelen niet alle koopkrachtverlies is gecompenseerd. Dat is helaas niet mogelijk, daarvoor heeft de crisis te diep gesneden in de mogelijkheden. Maar het is de regering wel ernst, dat iedereen, ook de kwetsbaren in de gemeenschap, zonder te veel kleerscheuren de crisis doorkomen.

De klacht dat basisgoederen onbeheersbaar zijn, wordt luid en duidelijk gehoord, en wordt ook onderkend. In het bijzonder aan het ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie is gevraagd om hier aandacht aan te geven. Voorstellen die in overweging zijn om de prijzen van basisgoederen te beheersen zijn, overleg met het bedrijfsleven, en het uitnodigen van nieuwe spelers in de markt die prijsverhogende tussenschakels omzeilen.  Helaas zijn er enkele verhogingen waar wij niets aan kunnen doen, import-inflatie. Dat zijn prijsverhogingen van brandstof en vracht uit het buitenland. De duurdere import maakt het leven moeilijker.

Maar de keerzijde van de medaille is, dat de kansen voor de eigen lokale productie veel beter worden. Dit is het moment om delen van de import te vervangen en de eigen productie op te voeren. Dat zal niet vanzelf gaan, het vraagt om beleid van de productie-ministeries in samenspraak met het bedrijfsleven, inclusief de agrariërs. In het Herstelplan zijn er verschillende projecten opgenomen voor de financiering van het ondernemerschap en de agrarische sector; het lokale klein- en middenbedrijf zal een grote steun in de rug krijgen bij de vlotte uitvoering van deze projecten; er is al geld voor beschikbaar. De hele samenleving zal hier profijt van hebben.

Er is binnen de regering grote overeenstemming over, dat het sociaal stelsel moet groeien naar een meer moderne, betere, met hulp die op maat gesneden is van gezinnen en armen. Een sociaal stelsel waardoor armen, door een goed sociaal stelsel, uit de armoede kunnen groeien. De Wereldbank die thans een virtuele missie uitvoert in Suriname is enthousiast om mee te helpen aan zo een toekomstig sociaal stelsel. Maar terwijl wij daaraan bouwen, moesten de bestaande voorziening nu wel opgevoerd worden om zoveel mogelijk leed te verzachten.

Op de vergadering van de regering benadrukte de president dat wij er alles aan doen om macro-economische problemen op te lossen. Dat is noodzakelijk, daarom ook de samenwerking met het IMF. Het is geen pretje, maar het moet. Maar de crisis is vooral voelbaar bij de mensen thuis, in de erfwoningen in Paramaribo, op het platteland in de districten, in de dorpen van het binnenland. Macro-economisch herstel is belangrijk, de sociale agenda is minstens even belangrijk. En het is onze taak om dat uit te voeren, en het ook goed aan onze bevolking uit te leggen. Zodat iedereen begrijpt wat er gebeurt, dat wij elkaar zullen steunen en samen goed door de crisis zullen komen.