De Boodschap
Kabinet van de President

1 juli-viering ingeluid met Manspasi Konmakandra in Grote Stadskerk

De viering van 160 jaar afschaffing van de slavernij is zaterdag vroeg ingeluid met een Emancipatiedienst oftewel Manspasi Konmakandra in de Grote Stadskerk aan de Steenbakkerijstraat. President Chandrikapersad Santokhi, de Nederlandse vicepremier Wopke Hoekstra en de Arubaanse vicepremier Urell Arends hebben deze dienst bijgewoond. Tijdens dit moment is stilgestaan bij de vrijheid die geschonken is aan de tot slaaf gemaakten. Volgens voorganger Lucia Breeveld komt de echte vrijheid pas van onze Schepper Jezus Christus. Er is gezongen en gebeden voor de welvaart en het welzijn van land en volk. Vicepremier Hoekstra noemde de kerkdienst indrukwekkend. “Heel bijzonder om dit mee te maken en ik ben heel blij om in Suriname bij jullie allen te zijn”, aldus de Nederlandse regeringsfunctionaris.

Dominee Runaldo Gallant, praeses van de Evangelische Broedergemeente in Suriname (EBGS) heeft een uitgebreide verklaring van de EBG-provincie Suriname voorgehouden aan de aanwezigen. “De EBGS heeft de taak tot zich genomen om stil te staan bij het slavernijverleden en de rol van onze kerk daarbij. De tot slaaf gemaakten werden naar lichaam en ziel uitgebuit. Hun menselijke waardigheid werd de tot slaaf gemaakten helemaal ontnomen. Wie over dit alles hoort kan de verschrikkingen moeilijk eigen maken”, aldus de geestelijke. Hij merkt op dat de EBG als instituut jammerlijk ook haar deel heeft gehad in dit slavernijverleden. Zendelingen en daarna predikanten en missionarissen hebben al dan niet bewust meegeholpen aan de instandhouding van het verwerpelijk mensonterend systeem van uitbuiting, uitsluiting en discriminatie. Dominee Gallant benadrukt dat de bijbel niet werd gebruikt om de slavernij te rechtvaardigen, maar er was geen verzet tegen de slavernij.

De praeses meent dat het slavernijverleden niet onder de mat geveegd kan worden. De EBG-kerk moet volgens hem schuld bekennen dat er weinig tot geen verzet is geweest om slavernij af te keuren. De dominee geeft aan dat de EBG verder zal moeten onderzoeken hoe zij zich gewillig zonder kritiek heeft laten meeslepen en heeft aangepast omwille van economische belangen. “DE EBGS zal zich samen met anderen daarvoor inzetten. Er moet verandering komen in het negatief zelfbeeld dat vele nazaten van de tot slaaf gemaakten nog met zich meedragen”, onderstreept de dominee. Hij zegt dat het belangrijk is om onszelf te blijven herinneren dat het beeld van God in ieder mens aanwezig is. “De EBGS is solidair met allen die worstelen met het verleden”, voegt hij eraan toe.