De economische hervormingen die in het kader van het IMF-programma worden doorgevoerd mogen de meest kwetsbare groepen in onze samenleving niet benadelen. Op de vraag welke garanties de regering kan bieden geeft minister Raghoebarsing van Financiën en Planning in een interview op 15 juni aan dat sociale steun een hele grote post is op de staatsbegroting: “Ruim SRD 16 miljard, ongeveer tweemaal wat we betalen aan overheidssalarissen. Mensen willen ook zelf aan het werk en uit de sociale sfeer. De vooruitzichten zijn goed voor Suriname, vooral als we kijken naar de offshore olie-en gassector”, aldus de bewindsman.
In simplistische woorden heeft de minister benadrukt dat het belangrijk is om mensen te stimuleren om te werken en economisch zelfstandig te worden. Dit kan onder meer worden bereikt door het creëren van werkgelegenheid en het bieden van opleidings- en trainingsmogelijkheden om mensen te helpen de vaardigheden te ontwikkelen die nodig zijn om te slagen op de arbeidsmarkt. “Wij moeten ervoor zorgen dat we in ons onderwijs zodanige voorzieningen treffen dat onze kinderen kunnen studeren en de topjobs kunnen invullen. Onze kinderen moeten de eersten zijn die profijt zullen hebben van de ontwikkeling in de olie-en gassector”, luidt de visie van minister Raghoebarsing.
De bewindsman is van mening dat Suriname goed op koers is. “We zijn op de juiste route. Waar we voor moeten waken is dat we geld verbrassen als we dat straks zullen verdienen uit olie en gas. Olie en gas kun je één keer uit de bodem halen. Wij moeten er profijt van hebben, maar we moet het geld niet bossen. De toekomstige generaties moeten ook duurzaam hiervan kunnen profiteren”, zegt de minister.