De nieuwe Sociaal Economische Raad (SER) is een platform met een brede maatschappelijke vertegenwoordiging. Dit adviserend orgaan is op maandag 14 september door president Chandrikapersad Santokhi geïnstalleerd. Om de juiste invulling te geven aan good governance en kernwaarden van eenheid zal volgens het staatshoofd continu dialoog met sociale partners en functionele groepen zijn vereist. De SER vormt daarmee een belangrijk platform.
Tegen deze achtergrond heeft de regering ervoor gekozen om naast de traditionele organisaties, te weten Ravaksur, VSB en ASFA, de maatschappelijke vertegenwoordiging binnen de SER te vergroten ook de Associatie voor Klein en Middelgrote Ondernemerschap (AKMOS) zich te laten vertegenwoordigen. De regering heeft daarbij een van de aan haar toegewezen posities binnen het orgaan ingevuld met de vertegenwoordiger van de AKMOS. Aan de Kamer van Koophandel en Fabrieken (KKF) is ook gevraagd zich te laten vertegenwoordigen, wat echter nog niet zover is.
De invulling van de SER is geschied op basis van voordrachten die ontvangen zijn vanuit de organisaties van werknemers, ondernemers én de regering. Eerder op de dag heeft president Santokhi de leden van de nieuwe Staatsraad, net als de SER ook een adviserend orgaan, geïnstalleerd. Volgens het staatshoofd heeft de regering daarmee institutioneel en constitutioneel bekeken twee belangrijke instrumenten in place gebracht om te functioneren als adviesorganen. Beide hebben ze hun eigen verantwoordelijkheid en taakstelling. Belangrijk is ook dat beide lichamen komen aan de vooravond dat de regering voornemens is haar crisisbeheersingsplan te presenteren aan het parlement.
De SER heeft volgens de wet tot taak de regering te adviseren omtrent: A. Een goede afstemming van en bij het economisch beleid betrokken belangen van overheid en maatschappelijke groepen gericht op economische stabiliteit en sociale rust. B. Een goede maatschappelijke werkzaamheid en een duurzame ontwikkeling van het sociaaleconomisch leven en vandaaruit betrokken maatschappelijke groepen gericht op de sociale rechtvaardigheid en economische groei. “Deze taakstelling kan niet beter passen binnen de visie van de regering. In de eerste plaats: de visie van eenheid. In de tweede plaats: de realisatie van deze visie door middel van dialoog en het bevorderen van onderlinge verbondenheid,” aldus president Santokhi.
Hij noemde economische stabiliteit, sociale rust, maatschappelijke werkzaamheid, duurzame ontwikkeling, sociale rechtvaardigheid en economische groei als kernwoorden die ons allen verbinden en samenbrengen. De coalitie heeft deze kernwoorden als fundamenteel aangenomen binnen het regeringsbeleid en het gestelde ontwikkelingsdoel. SER wordt daarmee een platform en instrument voor de regering om binnen haar beleid de verschillende inzichten en perspectieven van de werknemers, ondernemers, wetenschappers en deskundigen mee te nemen in het regeringsbeleid en de realisatie van ontwikkelingsdoelen.
De regering wordt binnen de SER vertegenwoordigd door: Ritesh Ganpat, Wandana Pherai, Stephan Smith, Sila Kisoensingh, Raymond Landburg. Ravaksur: Armand Zunder, Jan Haakmat en Robby Berenstein. VSB: Marlon Telting, Shirley Relyveld, Djaienti Hindori. ASFA: Rudy Soeklal. Plaatsvervangende leden: Regering: Letitia Fernand, Robert Soentik, Harry Soeklal, Henry Ori, Ruben Ravenberg. Ravaksur: Imro Wip, Imrick Edam, Robby Naarendorp. VSB: Marjorie Reinardus, Jean-Luc van Charante, Marny Daal. ASFA: Diana Ensberg.