De regering gaat de tweede helft van haar regeertermijn in met een actieplan. Het startpunt voor de tweede fase van de regeertermijn wordt op donderdag 25 mei gegeven, waarbij het document tijdens een persconferentie aan de samenleving gepresenteerd zal worden. Het actieplan zal het resultaat zijn van de bijdragen en inzichten van de verschillende groepen die tijdens de predialoog door president Santokhi ontvangen zijn, waaronder het bedrijfsleven, de vakbeweging en maatschappelijke organisaties. De vertegenwoordigers van de organisaties en instanties zijn op zaterdag 20 mei in het perscentrum van het Kabinet van de President door president Chandrikapersad Santokhi geïnformeerd over de resultaten van het voortraject om te komen tot nationale dialoog.
Minister Albert Ramdin zegt dat deze predialoog tot doel heeft gehad te komen tot de uitvoering van een nationale agenda met betrokkenheid van de samenleving. De verkregen inzichten zijn gecategoriseerd naar politiek-bestuurlijke, financieel-economische en sociaalmaatschappelijke issues. Tegelijkertijd is het een zelfreflectie geweest voor de regering. De bedoeling is dat de verschillende ministers op basis van de inzichten gaan werken aan concrete initiatieven en maatregelen. Alvast zullen partijen dinsdag hun commentaar mogen geven op het prerapport, te weten de resultaten van de predialoog, waarna die woensdag ter goedkeuring in de regeringsraad behandeld zal worden om vervolgens op 25 mei aan de samenleving gepresenteerd te worden. “En dan geven wij het startpunt voor uitvoering van het tweede deel van de regeerperiode”, aldus minister Ramdin.
De bewindsman benadrukt dat de regering altijd in dialoog is geweest met de samenleving. Voor de verkiezingen zijn meer dan honderd organisaties en instituten gehoord over hun visie, Daarnaast heeft de bewindsman vorig jaar 50 organisaties gesproken. “Dat allemaal samen is dialoog geweest met de samenleving, daaruit vloeit de nationale agenda voort”, aldus minister Ramdin. Hij zegt dat een monitoringsgroep zich gaan buigen over uitvoering van deze agenda. Volgens de bewindsman is elke constructieve bijdrage welkomen. Hij benadrukt dat de verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het land, welzijn en welvaart van de samenleving niet een taak van de regering alleen is. “Het is ook iets van het bedrijfsleven, de maatschappelijke organisaties en vakbeweging.”
Gedurende de predialoog zijn er volgens de minister belangrijke zaken aangedragen. “Het zijn geen nieuwe dingen, maar ze geven wel een beeld en handvaten om te weten wat belangrijk is voor de samenleving.” De bewindsman merkt op dat er veel sociaalmaatschappelijke problemen spelen, zoals werkloosheid, schoolverlaters, tienerzwangerschap. “Er zijn werkelijk reële problemen die opgelost moeten worden”, voegt hij eraan toe.