De Boodschap
Kabinet van de President

Minister Ramdin: “Alle grensproblemen worden om de tafel opgelost”

Er moet nationale consensus zijn wanneer we over vraagstukken praten met betrekking tot ons territorium. Dit heeft minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) benadrukt tijdens een persconferentie op 12 december. De bewindsman geeft aan dat het persmoment is ingelast om de media en het Surinaamse volk zo transparant mogelijk te informeren over grenskwesties van ons land. De regeringsfunctionaris is ook ingegaan op de controverse tussen Guyana en Venezuela over het Essequibo-gebied. “Grenskwesties kunnen altijd een potentieel bron zijn van conflict. Conflict kan verschillende dingen betekenen; het kan verbaal zijn, via de media, diplomatieke demarches, maar het kan ook vrij ernstig worden”, aldus minister Ramdin.

De bewindsman merkt op dat onduidelijkheid over grenzen uiteenlopende gevolgen kunnen hebben. Het kan volgens hem invloed hebben op het personenverkeer, economische samenwerking bemoeilijken en zelfs landen tot militaire conflicten. Minister Ramdin is voorstander van dialoog. “Wij hebben geleerd uit de historie dat alle grensproblemen om de tafel worden opgelost”, stelt hij. De bewindsman geeft aan dat landen als volwaardige naties bijeen moeten komen om constructief te discussiëren op basis van argumenten en historische documenten. “Zo kan je posities innemen. Heel Zuid-Amerika zit vol met grenssituaties. Ook het Caraïbisch gebied heeft grenskwesties”. Volgens de regeringsfunctionaris is het belangrijk om in al deze gevallen een stukje professionaliteit aan de dag te leggen.

Minister Ramdin accentueert dat er op geen enkele manier politiek bedreven moet worden met grenskwesties. “We moeten niet emotioneel worden en allerlei sentimenten oproepen. Want als er een ding is ten aanzien van nationale consensus, in welk land dan ook, dan is het wanneer het territorium aan de orde is”. De bewindsman zegt dat Suriname onderdeel is van de wereld en van de regionale blok CARICOM. Hij is van mening dat er issues zijn die niet bilateraal, maar regionaal besproken moeten worden”. Hij merkt echter op dat het nationale standpunt van Suriname duidelijk wordt uitgedrukt en gepresenteerd. “We zijn toegetreden tot diverse organisaties waar we ook onderdeel zijn van een internationaal systeem van internationale recht. Wij moeten rekening houden met diverse verdragen als het gaat om grenskwesties”, stelt de bewindsman. Hij beklemtoont dat de Surinaamse agenda wel altijd voorop wordt gesteld.